Intocht in Jeruzalem

Jezus van Nazareth kwam gister met zijn discipelen aan in Betfage. Hij stuurde toen twee discipelen naar een dorpje vlakbij met de boodschap om een ezelin en haar veulen, die ze daar zouden zien bij hem te brengen. Onze correspondent in Betfage vertelde dat er direct iemand op hen afkwam rennen om te vragen wat ze met die ezel en het veulen gingen doen. Het antwoord luidde heel simpel: ‘De Heere heeft hen nodig’ waarop de man knikte en wegliep. Dat wekte nogal verbazing op. De discipelen legden hun mantels op de ezel en lieten Jezus de ezel bestijgen. Al zittend op de ezel reed hij Jeruzalem binnen waar de mensen hem al schreeuwend binnenhaalden. Ze riepen: ‘Hosanna voor de Zoon van David, gezegend die komt in de Naam van de Heer’. Ze rukten palmtakken van de bomen en legden hun mantels op de grond.

Ik heb net Petrus geïnterviewd. Eindelijk zou Jezus koning worden en Israël verlossen van de Romeinen. Hij vond het helemaal goud. Zelf schreeuwde hij het hardst van allemaal. Maar eigenlijk snapte hij het niet helemaal meer. Jezus had eens gezegd dat Hij koning zou worden maar geen aardse koning en dat ze hun vijand lief moesten hebben als zichzelf terwijl het lijkt of Jezus nu met die intocht toch wel koning wil worden. Maar ja, Petrus zou het nog wel zien.